Toegegeven, ik ben meer een hondenmens dan een kattenmens. Honden zijn enthousiast, loyaal, speels en emotioneel. Een hond zal je troosten als je verdrietig bent, zich schuldig voelen als hij de halve bank heeft opgegeten en helemaal tekeer gaan als jullie samen naar zijn favoriete plekje in het park gaan. Katten zijn hufterig, slopen dingen voor de lol, willen aandacht als het hen uitkomt en zien jou vooral als slaaf die voor eten, drinken en een woonplaats zorgt. Althans… Ik denk dat katten jou vooral in hun huis verdragen als (ongewenste) gast. Waar honden super enthousiast worden als zij een soortgenoot gezien, ongeacht formaat, kleur, ras, geur of uiterlijk, kunnen katten elkaar niet uitstaan. Deze territoriale poezenbeesten blazen en vechten zodra een andere kat het durft te wagen om een stapje in hun tuin te zetten. Bwoah, de wereld is niet groot genoeg voor andere katten. Het voorgaande klinkt misschien als een lofbrief gericht aan honden een haatbericht gericht aan katten – dat is het misschien ook wel – maar ik moet toegeven dat ik soms wel een fan van katten ben.
Katten zijn eigenzinnige en eigenaardige wezens. Het internet staat vol met absurde video’s waarin katten een hoofdrol spelen. Veel van die filmpjes gaan ook over de obsessie van katten om op of in voorwerpen te gaan zitten. Vooral kartonnen dozen zijn een favoriet zitvlak voor de kat. Of althans dat lijkt zo. Een kleine anecdote: vrienden van ons hebben ooit een kartonnen paleis voor hun kat aangeschaft geïnspireerd op de Moskouse Basiliuskathedraal (de Kathedraal van de Voorbede van de Moeder Gods), omdat hun kat een voorliefde heeft voor karton. Hun gedachtegang was uiteraard “als de kat van karton houdt, moet dit paleis zijn ultieme droom zijn”. De kat had meer interesse in de verpakking waar het paleis in verscheept werd dan in het kattenhuisje zelf. Dat is het bewijs dat katten hun eigen wil hebben en het liefst gaan en staan waar zij eigenlijk niet mogen. Zolang de kat ergens in past en hun menselijke baasje irriteert, dan gaat de kat er zitten: “If it fits, I sits…”
Lang verhaal kort: in If It Fits, van Jolly Dutch, gaan spelers katten in dozen proppen om zo de meeste punten te scoren. Weet jij de meeste kastenspeeltjes te verzamelen of moet je plantenspuit tevoorschijn halen om de andere katten uit jouw territorium te verjagen? Het is blazen geblazen!
In If It Fits gaan spelers om de beurt kaarten aanleggen om kartonnen dozen op tafel te vormen. Deze dozen kunnen de raarste vormen krijgen, zolang ze maar op tafel passen. Spelers mogen in deze dozen ook hun katten plaatsen. Aan het einde van het spel krijgt een speler punten voor speeltjes in een doos waar de meeste van zijn of haar katten aanwezig zijn en minpunten voor de hoeveelheid waterspuiten. Spelers krijgen ook bonuspunten als zij meerdere van hun katten in een doos weten te proppen. Naast normale katten zijn er ook slapende katten die weinig uitspoken, maar wel voor tactische keuzes zorgen aangezien ze worden geplaatst als doods en meetellen voor de hoeveelheid gespeelde katten. Zodra er dooskaarten, kattenkaarten en/of speelruimte op tafel tekort is, komt het spel teneinde.
De vergelijking met Carcassonne is snel gemaakt. Alexander van Jolly Dutch vertelde mij gekscherend al dat tijdens Spiel, waar dit kleine poezelige spelletje meer dan voldoende aandacht trok, bezoekers het spel liefkozend Catcassonne noemde. Het is overigens niet enkel Carcassonne met kaarten in plaats van tegels en een kattenthema, want het spel geeft mij een andere gevoel tijdens het spelen. Ja, je legt kaarten aan elkaar en probeert de meerderheid te krijgen om punten te scoren, maar daar houdt de vergelijking voor mij eigenlijk wel op. De manier van punten scoren is wezenlijk anders. Tijdens If It Fits scoor je enkel aan het einde van het spel, waarbij je tijdens Carcassonne voortdurend tijdens het spel aan het scoren bent en daar je tactische afwegingen maakt. In If It Fits heb je daadwerkelijk kaarten op hand waaruit je kunt kiezen en kies je welke kaart je het beste kunt toepassen. Daarnaast het If It Fits een andere mate van interactie door het pestelement. Met waterspuiten worden minpunten gescoord, dus proberen spelers elkaars strategie letterlijk onder water te zetten daar spuitbussen in de doos van een andere speler te gooien. Ook is er een zwarte kat die letterlijk ongeluk kan betekenen. Met de zwarte kat kun je namelijk een kat van een andere speler of van jezelf uit de doos verjagen. Op die manier kun je voorkomen dat andere spelers punten pakken of juist minpunten voor jezelf te voorkomen.
If It Fits is een kittig kaartspelletje met voldoende interactie dat spelers gemakkelijk tussendoor kunnen spelen. Als je zoekt naar een dergelijk kaartspelletje, ben je niet vies van wat pesten (zoals een echte kat betaamt) of ben je een crazy cat lady? Dan is If It Fits zeker geen kat in de zak.