In dit Japanse bos leven Yōkai, geheimzinnige wezens en geesten uit de Japanse folklore. Hoewel je ouders je voor deze wezens hebben gewaarschuwd, ben je nieuwsgierig en wil je graag alles over deze wezens leren. Door verschillende wezens te schetsen, vul je langzaam jouw notitieboekje. Weet jij de beste tekeningen en notities te maken? Dan win jij Yōkai Sketch.
Achtergrond en doel
Yokaï Sketch is een spel voor twee spelers, waarbij zij schetsen maken van vier verschillende Yōkai. Yōkai zijn dus bovennatuurlijke wezens, geesten en entiteiten uit Japanse mythes, verhalen en folklore. Yōkai betekent vrij vertaald ‘vreemde verschijning’, maar worden in westerse media ook vaak vertaald als demonen of equivalenten daarvan. Andere termen voor Yōkai zijn onder meer Ayakashi of Mononoke (je weet wel van de prinses uit een geweldige Studio Ghibli-film).
Open op tafel plaatsen de spelers van vier verschillende soorten Yōkai-kaarten met de zijde met nummers naar boven. Tijdens het spel gaan spelers schetskaarten spelen om een Yōkai voor zich te ‘winnen’. Een gewonnen Yōkai plaatsen spelers in hun notitieboekje. Zodra een stapel met kaarten leeg is, tellen spelers de kaarten de kaarten in hun notitieboek en de speler met de meeste punten wint.
Spelverloop
In het midden tussen de spelers liggen dus vier stapels met kaarten. In totaal liggen er dus 4 nummers open. Dat zijn de Yōkai waar spelers voor kunnen strijden. Het nummer geeft de hoeveelheid punten aan die deze Yōkai waard is en tevens hoeveel schetskaarten bij deze Yōkai moeten liggen voor een speler deze Yōkai wint.
Aan het begin van het spel ontvangt iedere speler 3 schetskaarten. Elke beurt trekt een speler een schetskaart en speelt deze speler 0 – 3 schetskaarten. Een speler moet minstens 1 schetskaart spelen als die speler 4 schetskaarten op hand heeft.
Iedere schetskaart heeft twee kleuren die overeenkomen met 2 van de 4 Yōkai. Je kan de schetskaart dan ook bij een van deze twee Yōkai plaatsen. Spelers plaatsen ieder kaarten aan weerszijden van de Yōkai en zodra er net zoveel kaarten aan weerszijden liggen als het nummer van de bovenste kaart op de stapel, wint de speler die meeste kaarten heeft gespeeld bij die stapel. Deze speler legt de gespeelde kaarten af terwijl de kaarten van de andere speler blijven liggen om alvast een voorsprong te hebben voor de nieuw onthulde kaart.
Sommige kaarten hebben ook een speciale eigenschap. De kaarten met een handje zorgen ervoor dat de bovenste Yōkai-kaart van een andere stapel bovenop de stapel wordt geplaatst waar zojuist de kaart met de hand is gespeeld. Door een kaart met een Onigiri (een Japanse rijstbal) te spelen mag je een schetskaart van een andere speler verplaatsen. Dit gaat net zolang door tot een van de stapels leeg is.
Oordeel
Yōkai Sketch is een simpel kaartspel met verdraaid veel tactische diepgang. Spelers worden geconfronteerd met meerdere keuzemogelijkheden waardoor ze veel invloed hebben op het spelverloop. Spelers kunnen kiezen hoeveel kaarten ze spelen tijdens hun beurt, maar kunnen ook kaarten bewaren om later tijdens het spel meer kaarten tegelijkertijd te spelen. Door veel kaarten tegelijk te spelen heb je minder kaarten tot je beschikking. Kaarten kunnen voor twee verschillende Yōkai worden gebruikt, waardoor je ook goed moet handelen op welke Yōkai jij inzet, zonder dat de andere speler met deze Yōkai aan de haal gaat. De verschillende effecten zorgen voor extra dynamiek.
Dit vlugge kaartspel is snel te leren en mede door de diepgang en dynamiek is het voldoende herspeelbaar om als vaste prik mee te nemen om met z’n tweeën wat tijd te doden. Dit prachtig geïllustreerde kaartspel is werkelijk een plaatje.
